
Veelvoorkomende slaapstoornissen
Snurk je overmatig? Word je erg vaak wakker? Kun je in de avond de slaap niet vatten en slaap je elke ochtend door alle wekkers heen? Of ben je overdag slaperig terwijl je in de nacht toch voldoende geslapen hebt? Als er zoiets bij jou speelt, wordt het tijd om een slaapspecialist te raadplegen. Misschien heb je last van een slaapstoornis. Er zijn zes soorten slaapstoornissen:
​
-
Insomnia (slapeloosheid): dit is mijn vakgebied en de meestvoorkomende slaapstoornis. Naar schatting lijdt 10% van de volwassenen aan chronische slapeloosheid.
-
Slaapapneu: stoornissen van de ademhaling tijdens de slaap;
-
Circadiane Ritmestoornissen: verstoorde timing van waak en slaap;
-
Rusteloze benen (restless legs): ongewilde en onwillekeurige beenbewegingen. Je hebt last van een irriterend, branderig gevoel in je benen. Deze klachten komen meestal in de avond voor;
-
Parasomnie: vreemd gedrag tijdens de slaap, zoals bijvoorbeeld slaapwandelen;
-
Narcolepsie: overmatige slaperigheid overdag.
De slaapstoornissen 2 tot en met 6 kunnen tot slapeloosheid leiden, maar door een geheel andere oorzaak dan bij Insomnia. Voor een goede behandeling is een juiste diagnose vereist aangezien bepaalde verschijnselen je gemakkelijk op het verkeerde been kunnen zetten.
Iemand die ’s morgens te vroeg wakker wordt door een vroeg slaapritme klaagt wel over slapeloosheid, maar lijdt niet aan insomnia. Hij of zij heeft een naar voren verschoven biologische klok. Een persoon die door onwillekeurige beenbewegingen niet kan inslapen, heeft geen insomnia, maar rusteloze benen. Iemand die ’s nachts wakker wordt door stoppende ademhaling (merken ze vaak zelf niet) moet niet behandeld worden aan insomnia, maar aan slaapapneu.
In sommige gevallen is het op te lossen met bijvoorbeeld een vast slaapvenster, een gezonde levensstijl, lichttherapie, juiste voeding, slaaphouding, beweging en stressmanagement. In veel gevallen is bij slaapstoornis 2 t/m 6 een slaaponderzoek (polysomnografie) in het ziekenhuis noodzakelijk. De slaapstoornissen worden meestal vastgesteld door een neuroloog, somnoloog, longarts of een KNO-arts. De behandeling van elk van de aandoeningen is namelijk verschillend.